Terug..


STRUCTUURVISIE

Het actuele ruimtelijke beleid in Hoek van Holland is gebaseerd op het "structuurplan Hoek van Holland" (1985). Dit plan kent de volgende hoofdprincipes en uitgangspunten:

  1. Het ontwikkelen van nieuwe woningbouwlocaties in het dorp, zodanig dat een samenhangende bebouwingsstructuur wordt bevorderd;
  2. Scheiding van (de zwaartepunten van) wonen en recreatie;
  3. In het agrarisch en natuurgebied verdienen recreatieve mogelijkheden niet automatisch de voorkeur boven de natuurwetenschappelijke waarden;
  4. Handhaven van het functioneren en het uiterlijk van Hoek van Holland als landelijke kern;
  5. Het geven van optimale ontwikkelingsmogelijkheden als badplaats en als veerhaven;
  6. Bij kustuitbreiding ("Plan Waterman") dient Hoek van Holland direct in contact te blijven met de zee.
Structuurvisie Hoek van Holland Plankaart: 134.691 bytes

Bij de structuurvisie (1992) heeft men bezien welke kwaliteiten het buitengebied heeft, welke bedreigingen er zijn en welke kansen het heeft. Men huldigt de opvatting dat het Bonnengebied vanwege het open landschappelijke karakter en de aanwezige natuurkwaliteiten tezamen met het Staalduinse bos een waardevolle afwisseling met de verglaasde gebieden van de aangrenzende Westlandse gemeenten vormt. Als bedreiging ervaart men de milieuhinder van de havens en het Composteringsbedrijf, de aanwezige slibdepots, de eventuele natuuraanwijzing en de doodlopende fietsroute bij het gemaal Westland. Als kansen noemt men de ecologische verbinding van het open Midden-Delfland met de kust. Helaas heeft hier inmiddels het bedrijventerrein bij Coldenhove en de invulling van de Oudecampspolder een einde aan gemaakt. Men is echter van mening dat er een nieuwe ruimtelijke samenhang voor het hele gebied ontwikkeld moet worden, waarbij er recht wordt gedaan aan de recreatieve en landschappelijke betekenis. Het landschappelijk karakter en de recreatieve waarde dienen versterkt te worden.

In de structuurvisie beschouwt men het buitengebied van Hoek van Holland als interessante drager van nieuwe economische activiteiten. Tegelijk acht men in het buitengebied de landschappelijke waarde het meest aan erosie onderhevig. Om de aanwezige versnippering terug te dringen staat dan ook bij het verder ontwikkelen van het buitengebied de versterking van de ruimtelijke en landschappelijke kwaliteit voorop. Dit betekent dat bij vestiging van nieuwe economische activiteiten c.q. verdere uitbouw van reeds bestaande, inpassing in de ruimtelijke structuur zodanig dient te geschieden dat de nieuw activiteit de gebruiks- en belevingswaarde vergroot. In de structuurvisie wordt verder melding gemaakt van het opstellen van een beheerplan voor het gebied ten westen van het Oranjekanaal (Bonnen) en op een bijgevoegde kaart staat de Lange Bonnen ingetekend als meertje zonder dat hier in de tekst verder een verklaring voor te vinden is.


Terug..