![]() | |||
Beschrijving en levenscyclus | |||
De levenscyclus van de koolvlieg Delia radicum, ook wel Delia brassica genoemd, kan
onderverdeeld worden in vier stadia. De volwassen vliegen lijken in uiterlijk en grootte op
de kleinere huisvlieg (ca. 6 mm lang). Na verpopping komen ze uit de aangetaste grond te
voorschijn en voeden zich met de nectar van bloemen. Na paring leggen de wijfjes langwerpige,
witte eitjes (2 mm lang) op of vlak onder het grondoppervlak nabij de hoofdstengel van de
waardplant. Soms wordt een aantal eieren gelegd op andere plantdelen zoals de spruiten bij
spruitkool. Afhankelijk van de temperatuur komen de larven na drie tot zeven dagen uit de
eieren. De larven (maden) zijn pootloos en wit tot crême van kleur (fig. 2).
De maden dringen zowel de plantewortels als het groene weefsel binnen. Als de larven na ca. vier weken volgroeid zijn en een lengte van ongeveer 8 mm bereikt hebben, verlaten ze de plant en kruipen ze enkele centimeters de grond in waarna ze veranderen in roodbruine poppen. Er zijn altijd twee of meer generaties van de vlieg. Gewoonlijk overlappen de generaties elkaar. |
(Fig. 1)
|
Klik op foto om te vergroten ![]() ![]() |
|
Bestrijding | |||
Er is geen resistentie voorhanden.
| |||
Gelijksoortige symptomen | |||
| |||
Terug naar de eerste pagina.. |