Terug..


BESLUIT AKKERBOUWBEDRIJVEN

In de Algemene Maatregel van Bestuur voor akkerbouw- en tuinbouwbedrijven met opengrond-teelt, kortweg Besluit akkerbouwbedrijven milieubeheer, heeft de overheid algemene regels vastgesteld voor dit type bedrijven. Het besluit is alleen van toepassing voor de bedrijfsgebouwen en de werkzaamheden die op en rond het erf plaatsvinden. Voor het open land waar de gewassen en de producten op geteeld worden is geen milieuvergunning vereist. Dit betekent overigens niet dat op het land alles mag: de bestrijdingsmiddelen wet en de mestwetgeving, maar ook bijv. het lozingenbesluit bevatten regels die betrekking hebben op het gebruik van het land.

Bedrijven die niet onder het besluit vallen, moeten alsnog een milieuvergunning aanvragen. Als een bedrijf zich niet aan de regels houdt, heeft dat vervelende gevolgen. Die gevolgen variëren van een dwangsom tot – in het uiterste geval – zelfs sluiting van het bedrijf. In het besluit is bepaald aan welke voorschriften de landbouwer zich dient te houden. Zo zijn er voorschriften t.a.v. de opslag van bestrijdingsmiddelen, mest, brandstoffen, pompen voor motorbrandstoffen, afgewerkte olie, noodstroomaggregaten, vorkheftrucks, onderhoudswerkplaatsen, afvalstoffen en geluidshinder.

Een akkerbouwbedrijf dat meer dan een bepaalde hoeveelheid vee heeft, meer dan 1000 m2 glas, meer dan 1000 kg bestrijdingsmiddelen opslaat, meer dan 600 m3 vaste dierlijke mestopslag heeft, onderhoudswerkzaamheden voor derden verricht of bijv. een windmolen heeft of op korte afstand ligt van gevoelige objecten (een woning) dient alsnog een milieuvergunning aan te vragen. De bedrijven van Noordam en van der Drift vallen onder het besluit akkerbouwbedrijven milieubeheer. Herman Weterings heeft voor zijn bedrijf een milieuvergunning moeten aanvragen vanwege de aanwezigheid van 1600 m2 glasopstanden.


Terug..