Terug..


DE KRAAI

De familie Vreugdenhil is in het Westland wijd verbreid en het is dan ook een van oorsprong Westlandse familie. "Van welke Vreugdenhil ben jij er een?", is daarom een bekende vraag in het Westland als men voor het eerst kennismaakt met iemand die Vreugdenhil heet. Om al deze Vreugdenhillen uit elkaar te houden, werd er in het (verre) verleden grif gebruik gemaakt van bijnamen. Er moest per slot van rekening onderscheid zijn. Bekende bijnamen zijn "Luus", maar ook "Pothoven".
Zo is Leen Vreugdenhil een telg uit de tak die ooit werd voorzien van de bijnaam "de Kraai". Volgens de legende is deze bijnaam ooit ontstaan doordat een verre voorvader achterop een boerenwagen een spotprent en een hekelgedicht had geplaatst. De boerenstand voelde zich ook in die tijd al stevig belaagd door hoge pachten en hoge belastingen, waardoor er nauwelijks iets viel te verdienen. De ene landbouwcrisis volgde de andere op. Het was ook toen al een zwaar bestaan. De verknochtheid aan het boerenbestaan betekende ook het incasseren van de nodige tegenslagen en het onderworpen zijn aan de willekeur van adel, geestelijkheid en overheid. De leden van adel en geestelijkheid en de functionarissen bij de overheid waren vaak in het zwart gekleed. Op de spotprent stond een goed gevulde hooiberg afgebeeld, omringd door kraaien (symbool voor de lieden in het zwart) en op afstand een armzalig boertje. De tekst van de boer was:

"De wereld is een hooirook zo men zeit,
wie het meest plokt, wie het meest heit.
Ik zou ook zo gaarne willen plokken,
Maar ik kan er niet bij vanwege die lange zwarte rokken!"

Deze tekst schijnt de nodige problemen en uiteindelijk een veroordeling plus een boete te hebben opgeleverd. De verwijzing was te duidelijk. Er kwam een wijziging, die toch ook weer tevens uiting gaf aan de frustratie. De tekst was ditmaal van de kraai:

"De kraai die zeit:
wie mij benijdt
en niet wil geven
die moet men doen
en laten leven!"

Het enige succes was dat men ditmaal juridisch met rust werd gelaten. Natuurlijke veranderde het niets aan de pachtsommen, afdrachten aan de kerk en de belastingtarieven. Verder werden de komende generaties van deze voorvader met de bijnaam "de Kraai" opgezadeld.
Het boerenbestaan bleef hard en vaak een kwestie van zuinig zijn om te kunnen overleven. Men was daarbij ook liever een "kleine baas" dan een "grote knecht". De verbondenheid met vee, gewassen en grond was groot. Dit had een prijs en die moest betaald worden.
Dit gebeurde soms ook door nevenactiviteiten als veehandel, een winkel of een café Zo was er ooit op de plaats van het huidige café Rust Wat aan de Maasdijk een pleisterplaats die geëxploiteerd werd door een Vreugdenhil. Daar werd duidelijk niet op de pof verkocht, aldus het uithangbord met de tekst:

"Wie hier komt om te borgen,
komt niet vandaag, maar morgen.
Het is vandaag de dag
dat ik niet borgen mag!"

Boze tongen beweren wel dat het juist deze karaktereigenschap is geweest die heeft gezorgd voor de bijnaam "de Kraai". De permanente honger naar geld en de noodzaak de risico's zoveel mogelijk te willen beperken was echter niet slechts voorbehouden aan deze tak van de familie Vreugdenhil, maar kenmerkte het bestaan van vele families in het agrarische- en middenstandsmilieu van het Westland. Deze eigenschap heeft ook het Westland gemaakt tot wat het nu is.
Leen Vreugdenhil heeft met de naamgeving van zijn minicamping niet alleen deze streeklegende willen vastleggen, maar tevens zijn respect willen betuigen aan zijn voorvaderen die iedere keer de problemen van hun tijd overwonnen hebben met ondernemingszin, hard werken, volhardendheid en ironie.



Terug..